Mijn cliënt heeft last van harde geluiden. Vooral het slapen is een probleem. De nachtrust wordt verstoord door geluiden die overal vandaan komen. Geluiden die er overdag ook zijn en dan niet worden opgemerkt klinken ’s nachts oorverdovend. Auto’s die langsrijden, het getik van de klok, de Hr-ketel die af en toe aanslaat. Cliënt ligt uren wakker en rust niet voldoende uit. Ik vraag door hoelang cliënt hier al last van heeft. Dan komen er nog meer voorbeelden. Cliënt heeft ook last van enge en dreigende geluiden bij films, de bioscoop wordt vermeden. De TV moet zacht. Harde muziek is irritant. Cliënt vraagt zich af waardoor het komt. Als baby begon cliënt al te huilen als een bepaalde oom in de buurt was. Oom had een hele harde stem en stampte door het huis. Sirenes, lawaai van de ouderwetse vuilniswagen die regelmatig de boel naar achteren moest kiepen door de laadbak op en neer te laten gaan, gestamp van laarzen, geschreeuw, legervoertuigen, allemaal angstaanjagend. Genoeg reden om een sessie aan te vragen.
Ik start met een sessie waarin we teruggaan naar de kindertijd. Dan blijkt dat er veel ruzie was in huis, met een hoop geschreeuw tussen familieleden, terwijl de baby werd gevoed en verzorgd door één van hen. Dat gebeurt liefdeloos en met veel stress. De baby huilt van angst, wil zijn oren dichtstoppen, maar dat kan natuurlijk niet. Het drinken gaat niet en de baby wordt hongerig en huilend in zijn bedje gelegd, wat een trauma oplevert dat zich vastzet in het lichaam van de baby (de oren?). Iedere keer als het opgroeiende kind geconfronteerd wordt met harde geluiden wordt het trauma getriggerd. Ik vraag cliënt om zelf voor de baby – de kleine ik – te zorgen. Het te beschermen tegen het lawaai, door het te koesteren, door te zeggen dat het voorbij is en door het geluid dat in de oren vast is gaan zitten eruit te trekken en het terug te geven. Resultaat: de overgevoelige reactie op lawaai vermindert sterk en cliënt kan (meestal) zonder oordoppen slapen. We spreken af om nog een sessie te doen op angst voor enge geluiden.
In een volgende sessie komt cliënt terecht in een vorig leven waarin cliënt wordt achtervolgd door Duitse soldaten (stampende laarzen) en een legertruck (ronkende motor). Cliënt verstopt zich, maar wordt toch gevonden (hard geschreeuw van de soldaten). Cliënt wordt door de Duitsers ondervraagd, gemarteld en uiteindelijk zwaargehavend in een vrachtwagen gesmeten en vergast in de vrachtwagen waarin cliënt is gegooid. Tijdens de sterfervaring gaan er allemaal gedachten, emoties en fysieke gewaarwordingen door cliënt heen. Cliënt voelt zich enorm schuldig omdat hij zijn kameraden heeft verraden (die hem probeerden te weerhouden naar buiten te gaan,) zijn gezin in de steek heeft gelaten door in het verzet te gaan, zich op heeft laten pakken en zijn schuilplaats heeft verraden. De zelfveroordeling wordt meegenomen in het sterven en hindert cliënt in het uitoefenen van zijn werk. We werken dit allemaal stuk voor stuk door. De linken naar dit leven worden voor cliënt helder. De angst en de zelfveroordeling kan worden losgelaten. Cliënt kan gaan leven en werken vanuit zijn kracht en de kwaliteiten (vastberadenheid, standvastigheid, empathie, zorgzaamheid) waarover hij in dit leven beschikt.